Wormen

Honden hebben nogal eens last van interne en externe parasitaire infecties. Er zijn twee veel voorkomende soorten wormen bij honden: lintworm en spoelworm.

Lintworm komt bij honden van alle leeftijden voor, maar vaker bij oudere honden dan bij pups. De lintworm heeft een levenscyclus die afhangt van twee verschillende gastheren; in het geval van de meest voorkomende worm zijn dat de hond en hondenvlooien.

Je kunt lintworm herkennen als 'rijstkorrels' in de ontlasting, maar de hond zelf kan je ook waarschuwen dat hij last van lintworm heeft door erg veel aandacht te schenken aan zijn anaalstreek.

Lintworm is vrij eenvoudig te bestrijden. De huidige antiwormenmiddeltjes zijn erg eenvoudig in gebruik. Het is een goed idee je hond regelmatig, ongeveer eens per zes maanden, te ontwormen. Lintworm voorkom je het beste door je hond en de omgeving zo veel mogelijk vlo-vrij te houden.

Vrijwel alle pups hebben spoelwormen.

Een hoog percentage pups wordt besmet geboren: de wormen zijn doorgegeven via de baarmoeder van de teef. Inactieve wormen in het weefsel van de moederhond worden geactiveerd door de hormonen die tijdens de dracht van de teef vrijkomen. Ze circuleren in de bloedbaan van de moeder en komen zo terecht in de ongeboren vruchten.

Er bestaan middeltjes die zowel tegen lintworm als spoelworm werken. Je kunt je hond hiermee eens per half jaar ontwormen.